Archive for December, 2005
Auckland
Tja, ik heb het er een beetje bij laten zitten. Cristel houdt je goed bezig! Vorige keer was ik niet aan zee geweest, omdat er nog geen auto was.Nu wel dus. Het was een mooie tocht door berg en dal, een wandelingetje door een bos, met een klein heuveltje als oefening. Verder gennets gezien, misschien staat er wel een foto op Flickr. Naar het vogeleiland op zaterdag ipv vrijdag, omdat vrijdag de golven te hoog waren. Dat was erg leuk om daar rond te wandelen en te speuren naar vogels, die je meestal wel hoort, maar niet ziet. De gids was niet geweldig, we zagen meer dan hij. Een ‘black robin’ oftewel een zwart roodborstje was net zo tam als bij ons de roodborstjes. De Tuis gaven een leuke voorstelling in een waterbak. Eerste kerstdag zondag zou een rustige dag worden. Helaas hadden de buren andere ideeen en begon het getrommel al om een uur of negen. De band breidde zich uit met el. gitaar en weet ik veel wat. We zijn dus maar naar het strand gegaan. Cristel heeft nog gezwommen, maar het leek mij te fris, maar het was toch leuk. Thuisgekomen helaas nog steeds herrie, maar niet lang meer. Pat zette nieuwe BBQ in elkaar en na enig getob kregen we het vuur brandende. Lekkere dingetjes en een goede wijn, maar het was wel laat geworden en we moesten maandag vroeg op. Met de plane naar Christchurch, daar een chique oud hotel, met een zaal van een badkamer en een vensterbank, waar je kon zitten. De stad rondgeschuimd, maar daarover later meer, want dan moet ik de folders erbij pakken.
We zitten nu in Haast en Cristel schreef al iets over heli vlucht, werkelijk fantastisch!!! Tot de volgende keer.
Vijf dagen Indonesia
donderdag 15 december Vertrek om 11.15 uur. Marianne was zo lief om me naar Schiphol te brengen, leuk om door schoon- en kleindochter te worden uitgezwaaid. Raamplaats gekregen, 3 stoelen, twee bezet. Helaas verkeerd boekje meegenomen, erg saai. Direct na het eten licht uit. Ja daaag ik ga echt niet om 5 uur ‘s middags slapen, ook al is het pikdonker. Overstap in Singapore, was goed te doen. In Jakarta aangekomen, kijk ik reikhalzand uit naar mijn vrienden, Swan en Pok. Nergens te zien. Taxi chauffeurs zwermen als aasgieren om me heen, maar als ik ze in het Pasaar maleis uitleg dat ik op vriendjes wacht, gaan ze zich bekommeren om mijn welzijn. Als ze er na een kwartier nog niet zijn gaat één van hen op zoek. Nee, niet gevonden! Maar als ze ze nou helemaal niet komen, mocht hij me dan naar het huis brengen? Hij wist waar het was. Ja, dat is goed, maar ik heb helemaal geen haast. Op een gegeven moment realiseert hij zich dat er nog een andere pintu(uitgang) is en gaat weer op zoek. En ja hoor, daar komt hij triomfantelijk aanzetten met Swan en Pok in zijn kielzog. Swan verft haar haar niet meer en de goede man heeft gedacht: twee van die grijze dametjes: die horen vast wel bij elkaar. Het is nu inmiddels 16 december Eerst gaan we naar huis in Jakarta. Kennis gemaakt met de familie. Er is een schattig kleindochtertje van ruim 3 jaar. Eerst moet er gegeten worden, daarna tasje inpakken(alweer, zucht) daarna…op naar Bogor. Ondanks alle nieuwe snel- en tolwegen, macet! oftewel files. Maar we komen er. Wat een prachtig huis hebben ze daar. Het staat in een oude buurt, met nog bomen langs de weg. Het is een oud, maar zeer gerenoveerd huis met patio’s en plaatjes overal en ik krijg een kamer, annex badkamer. Zeer luxe. en ik heb die nacht dan ook heerlijk geslapen. Wat zo heerlijk Indonesisch is: Swan wijst één keer aan waar al het eten en drinken staat en je neemt maar wat als je zin hebt. Ik wil wat op straat gaan wandelen om te filmen, maar dan blijkt dat Pok ontbijt gaat halen en kan ik met hem meelopen naar een pleintje waar het vol staat met warungs en karretjes. Pok koopt pecil in pisangblad en verder luieren we wat, houden siësta en luieren weer wat. ‘s Avonds eten we in restaurant “Met Liefde”. Europees eten, een verbouwd oud-Indisch huis met verbrede ‘empers’ (galerijen). 17 december. Vandaag staat de ‘poffertjesman’ op het pleintje en gaat Swan ook mee. Ook de camera gaat mee. Vandaag rijden ook de delemannetje (ruituigjes) rond en het is druk. Ballon- en trompetverkopers, lopen te tetteren, er zijn bellenblaasmannetjes en een groepje jongeren doet gymnastiek oefeningen op het gras. Niemand roept me na, een enkelen kijkt me glimlachend aan, maar heb niet het idee dat ik aandacht trek. Kortom, ik voel me ineens weer ‘kind van het land’. ‘s Middags gaan we weer ‘naar huis’. 18 december Om 4 uur ‘s morgens gewekt door minstens wel 4 galmende en zingende mesjit (moskee) zangers. De lucht is bezwangerd van gebeden. Vandaag ga ik met de chauffeur op stap. Ik wil naar het museum, maar betwijfel of die op maandag open is. Koco, de chauffeur weet zeker van wel. Maar eerst maar eens wat dollars inruilen voor rupiahs. Daar zit een wat oudere man die nog uitstekend Nederlands spreekt en die als kind vlak bij ons woonde. Gezellig praatje onder wachten op kassier. Het museum blijkt natuurlijk toch gesloten: bij navraag blijkt dat ze om de andere maandag open zijn. Dus ga ik maar naar de goeie ouwe ‘Sarina’, die bestaat dus nog. Niet veel gekocht. Bij de uitgang ga ik naar een meneertje achter bali en ‘laat mijn chauffeur omroepen’. Hij wuift vrolijk naar me en ‘rijdt voor’. Op naar Blok M. Oude gebouw nu helemaal afgebroken en er staat een nieuwe ‘mall’. Maar nog altijd kan je muziek kopen op de bovenste verdieping, alleen kan je het niet meer echt druk noemen: ik ben de enige klant. Maar de CD’tjes en DVD’tjes zijn nog steeds lekker goedkoop. Een verdieping lager boeken. Kan de verleiding niet weerstaan om een boekje “Iejoor heeft het warm’ maar dan in Indonesisch voor Ophilia, het kleinkind. Nog even langs de echte pasar gelopen, maar de snoepstalletjes niet gevonden en toch maar weer terug naar de auto. Darmawangsa 115, ons oude huis,staat er nog. De rest van de straat ten voordele veranderd, er staat nu een enorm luxe hotel, eigendom vaan zoon van Soeharto. De tukang rokok, die altijd voor ons huis stond is verhuisd naar de buren, ook een niet gerenoveerd huis. Langs het ravijn plantenverkopers. Ik wilde nu eigenlijk wel terug, maar Koco wilde met alle geweld dat ik ging lunchen in een restaurant in de kota, waar Piet Schmidt graag kwam, ook belde Swan onderweg om er zeker van te zijn dat ik wel zou gaan lunchen, en zo had ik niets meer in te brengen en stortten we ons in het kotaverkeer, dat volkomen vast bleek te zitten, tot grote ergernis van de chauffeur, maar tot hilariteit van mij: ik zat toch lekker in een gekoelde auto. En zo arriveerde ik dan eindelijk in het restaurant, waar ik braaf gegeten heb en een lekker biertje gedronken. Op weg naar huis wilde ik een bloemetje halen voor mijn gastvrouw. Ter hoogte van de oude CMS zat het verkeer weer een beetje vast en maakte ik vanuit de auto maar even wat opnamen. Bij de bloemist zeiden ze eerst dat ze geen orchideeën gebruiken in bloemstukken, naderhand zeiden ze dat het te duur was en toen lieten ze toch orchideeën zien, die NB uit Nederland! waren geïmporteerd. Nou, doe me dan maar rozen. We wachtten daar dus op en tenslotte was ik pas om 5 uur! thuis. 19 december Lekker geluierd e om kwart over drie naar de airport. voor Swan: Er gebeurde van alles net anders dan de dingen waar je voor waarschuwde. Op Cengkareng airport lang gezocht naar Pintu 3, waar ik meteen naar Auckland kon inchecken en de koffer laten doorlabelen. We vertrokken een uur te laat. Op Bali meteen doorverwezen naar de gate voor Auckland. Dacht dat ik nog 2 uur de tijd had, maar was vergeten dat het op Bali een uur later was. Toch nog tijd voor een sigaretje. Bij de gate moesten wéér tassen laten controlereen en moest mijn handtas open: dat deed ik met goed geweten, maar…je raadt het nooit, er zat een aansteker in een pakje sigaretten en volgens de beambte mocht ik dat niet meenemen!! En het werd geconfiskeerd. In een netzakje aan de buitenkant zat ook een aansteker, maar die zag hij niet, dus…ik vermoed dat de man zijn eigen aansteker net leeg was. Stop in Brisbane, Australië. Moesten de tassen wéér door de scanner terwijl we toch transit waren. Enfin, ik pak de tassen weer van de band, werd ik er uitgepikt voor extra controlle met zo’n piepstok, noem ik het maar. Toen had ik het echt wel gehad. Gelukkig was er een gezellig rookbalkon, waar ik even bij kon komen, maar toen was het toch wel weer tijd om naar de gate te gaan. En…nee maar, daar stond géén scanner. En kijk eens aan, daar stond Cristel op me te wachten.